Een artikel door Bart Ankersmit, gepubliceerd in het magazine ‘Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed’
Foto : copyright Anne Frank Stichting, Fotograaf Cris Toala Olivares.
Vanaf juni 2018 liggen de originele dagboeken van Anne Frank in gloednieuwe vitrines. Het Anne Frank Huis heeft ze laten bouwen om het kwetsbare papier zo lang mogelijk te kunnen behouden, onder koele en stabiele omstandigheden. De vitrines zijn dan ook een technisch hoogstandje.
Een roodgeruit dagboek en enkele schriften schreef Anne Frank vol, nadat zij in 1942 onderdook. Het meisje hield zich met haar zus, ouders en vier andere Joden schuil voor de nazi’s. Ze zaten verstopt in het achterhuis van een pand uit 1635 aan de Prinsengracht in Amsterdam. Anne was nog maar net dertien jaar oud en wilde graag schrijver worden. Ze schreef over angst, liefde, ruzie en de kastanjeboom buiten, in de vorm van brieven aan een denkbeeldige vriendin. Om haar dagboek na de oorlog te kunnen publiceren herschreef ze het grootste gedeelte op losse velletjes papier. Ze heeft dat niet af kunnen maken, aangezien ze na twee jaar met de andere onderduikers werd opgepakt. Anne overleed in februari 1945 in het concentratiekamp Bergen-Belsen. Haar vader overleefde Auschwitz en publiceerde twee jaar na de oorlog het dagboek van zijn dochter, onder de titel Het achterhuis. Deze dramatische getuigenis werd een van de meest gelezen boeken ter wereld. In 1960 is het gebouw aan de Prinsengracht omgevormd tot een museum, het Anne Frank Huis.
Het ontvangt vandaag de dag meer dan 1,2 miljoen bezoekers per jaar, vooral uit het buitenland. Het originele dagboek, de schriften en de losse vellen zijn sinds 2009 erkend als werelderfgoed en worden in het museum tentoongesteld. Vanaf juni zullen ze in drie nieuwe vitrines liggen, in een vernieuwde zaal. Het Anne Frank Huis heeft dan een verbouwing van twee jaar achter de rug. In het gebouw ernaast zijn onder meer een ruimere entree met een garderobe gecreëerd. Het is voor het eerst dat het museum een garderobe krijgt. Als de bezoekers daar hun natte jassen achterlaten, zal dat bijdragen aan een stabieler binnenklimaat, wat goed is voor Annes manuscripten. Over de vitrines sprak het museum met vele deskundigen in binnen- en buitenland. Hoe bescherm je zulke bijzondere, maar o zo kwetsbare documenten als er tegelijkertijd waanzinnig veel mensen naar komen kijken? Het museum betrok de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed erbij, om met expertise de ontwikkeling van de vitrines te ondersteunen. Die gingen immers een technisch hoogstandje worden.
Een vergelijkbare uitdaging
Het Anne Frank Huis stak zijn licht op bij instellingen met een vergelijkbare uitdaging. Hoe doet The National Archives Museum in Washington dat eigenlijk met de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring, die permanent tentoongesteld wordt? Of de Library of Congress daar vlakbij met de Waldseemüllerkaart uit 1507? Moest het Anne Frank Huis ook zuurstofvrije vitrines overwegen? Is het voor het behoud van de handschriften beter als de conservatoren de bladzijden minder vaak of juist vaker omslaan? Overigens zorgen de miljoenen bezoekers aan het Amsterdamse museum er ongewild voor dat de dagboekgeschriften af en toe wat schudden. Dat is niet gek, aangezien al die mensen allemaal op een meebewegende, houten vloer uit 1635 rondstappen. Uit een analyse blijkt dat het risico dat de dagboeken lopen om hierdoor beschadigd te raken gelukkig een acceptabel niveau heeft. Vooral omdat ze comfortabel op een kussentje liggen. Want trillingen kunnen het kwetsbare papier op de lange termijn wel degelijk beschadigen. Het museum vroeg enkele klimaatadviseurs vitrines te ontwerpen die dit bijzondere erfgoed zo veel mogelijk beschermen tegen vocht, temperatuurschommelingen, trillingen en luchtverontreiniging. En een belangrijke wens was om het natuurlijke verval van de manuscripten te beperken. Dit chemische proces kun je alleen afremmen door de temperatuur te verlagen. Op basis van een risicoanalyse is ervoor gekozen om een vitrine in een vitrine te bouwen. En wel op zo’n manier dat trillingen in de buitenste vitrine niet doorgegeven worden aan de binnenste. De binnenvitrines zullen voorzien zijn van absorberende silicagel om de vochtigheid van de lucht rond de manuscripten stabiel te houden. En de smalle spouwen tussen de binnen- en buitenvitrines worden gespoeld met gekoelde lucht, zodat de binnenste altijd 17 graden zijn.
Opstellingen en computermodellen
Maar valt zo’n doos-in-doosconstructie wel te bouwen? Samen met vitrinebouwer Meyvaert werden de eerste schetsen uitgewerkt, want hoe zouden de vitrines dan opengaan? En kunnen de pagina’s dan wel makkelijk worden omgeslagen? Zouden de bezoekers de dagboeken nog wel goed kunnen zien? En kunnen ze snel uit de vitrines gehaald worden bij een evacuatie? Het Anne Frank Huis hield enige workshops om deze kwesties aan de hand van eenvoudige opstellingen te beoordelen. Ondertussen simuleerde de Technische Universiteit Eindhoven met behulp van computermodellen verschillende manieren om de lucht in de spouw te brengen. Voorts zochten de onderzoekers voor de ondoorzichtige delen van de vitrines verf uit die geen schadelijke stoffen uitwasemt. En, wat zou de verlichting in de spouw betekenen voor de luchtstroom? Meyvaert bouwde eerst één vitrine. Daar zijn een hele week tal van experimenten mee uitgevoerd. Zo is achterhaald op welke temperatuur en met welke snelheid er lucht in geblazen moet worden om de binnenste vitrine op 17 graden te houden. Met rook is gekeken of de lucht zich wel volgens de voorspelling gedroeg. Het bleek een succesvolle week, waardoor het Anne Frank Huis met een gerust gevoel de andere twee vitrines kon bestellen.
De vitrines zijn technische noviteiten geworden. Uniek op de wereld. Onder deze koele en stabiele omstandigheden zullen nog vele generaties in de nabijheid kunnen zijn van de aansprekende, dramatische, originele dagboeken van Anne Frank.
Bart Ankersmit, specialist conservering en restauratie bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, ondersteunde met expertise de ontwikkeling van de vitrines,
b.ankersmit@cultureelerfgoed.nl.
Zie ook www.annefrank.org.